Sinds oktober 2005 kan een arts vrijwillig een geneesmiddel op stofnaam voorschrijven. Hij vermeldt op het voorschrift de naam van het werkzame bestanddeel, samen met de dosis, het gebruik en de grootte van de verpakking.
Doel is dat de apotheker zoekt naar het meest geschikte geneesmiddel, in overleg met de patiënt. Dit kan het allergoedkoopste geneesmiddel zijn, maar ook het geneesmiddel dat hij gewend is.
De overheid wil die keuze voor goedkope geneesmiddelen aanmoedigen. Want het is een win-winsituatie: voor de patiënt én voor het RIZIV, de ziekteverzekering.
Wat is het remgeld?
Als de ziekteverzekering het geneesmiddel terugbetaalt, dan betaalt de patiënt uitsluitend het remgeld, dus de eigen bijdrage. De rest past de ziekteverzekering bij.
Zowel het bedrag dat de patiënt bijpast als het remgeld kunnen zeer sterk verschillen naargelang van het gekozen geneesmiddel.